Dit was mijn zeemansleven

 

…Aan de hand van zelf genomen foto’s en gegevens uit mijn ‘memoriaal’ heb ik het verhaal kunnen vertellen over mijn tijd op zee.
Belevenissen uit die tijd keren regelmatig terug, er is altijd wel een aanleiding toe.
Een foto, een opmerking, maar meestal een herkenning.
Ze zijn volgens mij het waard om vastgelegd te worden, voor mezelf of voor anderen.
Een geschiedenis zoals ik het beleefde.

Dan zijn er nog de sterke verhalen, ze berusten op waarheid.
Al zijn ze hier en daar wel wat aangedikt.
Het werd een kruiende vloed van herinneringen.

 

Veranderingen

 

 
In 1976 kwam er al verandering in de manier van slepen en varen.
De ‘Tempest’ en de ‘Typhoon’ kwamen van de werf.

Tempest (1976 – 1993).
De ‘Tempest’ met de kop in de zee.
Achterdek ‘Tempest’.
‘Tempest’ aan de BW-steiger.

 

Zusterschip.

 

‘Typhoon’ (1976 – 1993).
‘Typhoon’.
Tegen de wind in.

 

Heel ander type schepen dan waar ik op gevaren had.

De ‘Typhoon’ lag aan de steiger toen ik stopte met varen bij Wijsmuller en aan de wal ging.
De oplevering werd o.a. vertraagd door haarscheurtjes in de fundaties van de Stork-Werkspoor TM-410 motoren.
Schepen die tot 1993 onder Wijsmuller vlag gevaren hebben.
Ze werden in 1991 samen met schepen van Smit Internationale ondergebracht in de werkfirma: SmitWijs.

Maatschappijen.

 

In 2005 veranderden ze van kleur en embleem en gingen voor ITC Heemstede varen.

Samen voor een andere rederij.

 

Ze werden in 2013 wederom verkocht en voeren onder een andere vlag en eigenaar.

Geen Wijsmuller kleuren meer.

 

Op 05-11-2013 kwam voor de ‘Gudri’ (ex-Typhoon) het einde, ze was 30-08-2013 net overgenomen door Gudri Shipping Trading Corp.
Zij vertrok met sleep, de LPG-tanker ‘Symphony’, en liep vast in de monding van de Bonny River.

Als ‘Skarpov’ bij Alang in 2018 op het strand gezet, ex-‘Symphony’, ex-‘Berge Okoloba Toru’, ex-‘Berge Sisar’ 1979.
Met haar sleep.
Triest einde.

 

Ze kapseisde en ging verloren.

Zo lag ze er in 2021 bij, haar oude naam nog duidelijk te lezen.

 

Ook de ‘Tempest’ ging in andere handen over en onder andere vlag verder.

Van ‘Tempest’ naar ‘Indus’.

 

Klakkeloos werd haar oude naam overgeschilderd, het gaf niet waar haar nieuwe naam stond!
Met een simpele kwaststreek verdween weer een stuk Wijsmuller historie.

Naamsverandering.

 

Als ‘Jedana’ ging de ‘Tempest’ op 04-07-2016 naar de sloper in Mumbai (India).
Weer verdween een trots schip van de Wijsmuller vloot.

 

Ontwerp

 

Andere rederijen namen het ontwerp van Wijsmuller over.
Dit standaard ontwerp (ook wel het Tempest-type genoemd) werd o.a. gebruikt door Harms Bergung Transport GmbH.

Als ‘Fairplay 33’, ex-‘Aeolus’.
Als ‘Primus’.
Varend onder de naam ‘Bremen Fighter’ voor Unterweser Reederei GmbH (URAG).
Voor Boluda Towage Europe.

 

Gebouwd voor een Egyptische rederij in 2007.

Als ‘Port Saïd’

 

Ook de Noren bouwden een sleper die veel weg heeft van het Tempest-type.
Ze kwam in 1993 in de vaart.

FFS. Arion.

 

Als je naar de sleepboten ‘Seraya’ en de ‘Sentosa’ van Seacontractor kijkt, beide uit 2013, is de vergelijking met het ontwerp van het Tempest-type niet ver weg.

De ‘Seraya’.

 

 

Tekening van ‘Seraya’.

 

Zelfs in 2019 dient dit type schip nog steeds als voorbeeld.
Zo leeft de Wijsmuller traditie nog voort, zolang je het herkent.
Al wordt het nautisch en technisch steeds verder aangepast.

Uit Towingline.nl no. 25-2019.

 

‘AMSTERDAM’

 

De ‘Amsterdam’ was ook al een verandering.
Ik ben, net als andere machinisten uit de havendienst, aan boord geweest en heb met eigen ogen gezien dat er een controlekamer was: ongelofelijk!
Met daarin apparatuur die temperaturen uitlazen.
Deze zelfs in zwart of rood afdrukten: goed of fout.

Amsterdam (1974 – 1986).
Nogmaals.

 

Niets meer voelen of luisteren met je zaklantaarn of een schroevendraaier tegen je oor aan de carterdeksels of je iets onregelmatigs hoorde.
Dat je pas door de controlekamer de machinekamer in kon.
Geen vier uur lang herrie, of je moest ‘zes op-zes af’ lopen, van gillende uitlaatgassenturbines, gierende separatoren, bulderende ventilatoren, huilende hydraulieken, jankende hulpmotoren en dreunende motoren.
Geen dampen van uitlaatgassen, smeerolie of gasolie en een meurende bilge.
Lampjes in plaats van toeters en veel geautomatiseerd.

Controlekamer ‘Amsterdam’. Niet alleen de uitlaten rookten.

 

Ik weet nog dat ik begon met varen en meester H. Andriesse aanhoorde toen hij sprak over stoommachines.
‘Dat was nog een mooie tijd’, volgens hem.
Ik zeg nu hetzelfde van de tijd dat ik met diesels voer.
De machinisten van tegenwoordig zullen dan hun hoofden schudden.

 

‘CYCLOOP’

 

Nog kan ik weemoedig worden als ik een afbeelding zie van de schepen waar ik eens op gevaren heb.
Zoals deze van de ‘Cycloop’.

De ‘Cycloop’ als zeesleper in goed gezelschap.
De ‘Cycloop’ als havenboot werkzaam.
Klein, maar sterk.

 

Zelfs als ze onder een andere naam vaart, de vertrouwde kleuren niet meer op de schoorsteen heeft.
Onder een vreemde vlag en afgeleefd, maar nog altijd robuust en herkenbaar.

Vreemde kleuren.
Onder vreemde vlag.
‘Goss-1’ ex-‘Cycloop’.
De ex-‘Cycloop’ is wel nietig zo.

 

‘NESTOR’

 

De schepen van Wijsmuller zaten immer goed in de verf.
Ze werden keurig onderhouden en dan doet het zeer ze, in den vreemde, verwaarloosd terug te zien.
Zoals de ‘Nestor’ in de haven Porto Torres op Sardinië.

De ‘Nestor’ aan de haar vertrouwde steiger.
De ‘Nestor’ aan de BW-steiger.
De ‘Nestor’ in actie, met de werksloep aan stuurboord.
Zonder werksloep.
Nestor
De ‘Nestor’.
In de sluis.
Samen met ‘Stentor’ verkocht.

 

Ze verdwenen beide in 1981 naar de Mexicaanse Golf, waar de ex-‘Stentor’ in 1984 zonk tijdens het leggen van een boei.

Verkocht aan Titan Towing & Salvage, Georgetown, Kaaiman Eilanden (1981)
Een bescheiden vlag voerend.
Ze heeft al die tijd haar naam behouden.
Gezonken en verlaten (2011).
Vergane trots.
Bergen van de ‘Nestor’.
Groot materiaal!
Drijvende.
Het drijft, maar hoe?
Tot schroot verworden.
Koeling voor de machinekamer niet meer nodig.
Weinig verf!
Kale brug.
Gelicht en gesloopt (2020).
Op 09-03-2020 het restant op de kant. De hiel van de ‘Nestor’.

 

‘HECTOR’

 

Voor dit schip verliep het beter.

In 1958 te water gelaten.
De ‘Hector’ met op de achtergrond een ‘Geopotes’ zuiger.
‘Hector’.
Tussen de pieren.

 

In 1983 werd ze, samen met de ‘Simson’ verkocht naar Griekenland en voer ze als ‘Amazon’ voor de rederij Matsas.
Ze werd goed onderhouden en dat voor Grieken!

Nu als ‘Amazon’ voor een Griekse eigenaar.
‘Amazon’ ex-‘Hector’.
Bijna een vertrouwd gezicht.
‘Amazon’.
Volhoudend in jaren.
Keurig onderhouden.

 

‘SIMSON’

 

De ‘Simson’ die door dezelfde rederij Matsas werd overgenomen, kreeg de naam ‘Pegasus’.
Helaas is ze na overname door een andere Griekse rederij, Lyboussakis, in de haven van Keratsini gezonken.
Door dezelfde maatschappij is ze weer boven water gehaald.

Achterdek van de ‘Simson’.
‘Simson’ in thuiswater.
Druk in de grote sluis.
Door een kluispoort.

 

In Griekse handen.

Hier als ‘Pegasus’.
In vreemde uitmonstering.
Imposante tekening van de ex-‘Simson’.
‘Pegasus’.
Mastloos.
Ziet er keurig uit.
Keurig in de verf.
Gezonken.
Gelicht, de BW-kleuren komen weer tevoorschijn.

 

De meeste schepen bestaan niet meer, ze zijn gesloopt of vergaan.
Alleen in herinneringen en verhalen blijven ze nog door varen.

 

Overpeinzing

 

Dit was het relaas, mijn ‘memoires’, over een tijd in mijn leven.
Ik weet dat ik een aantal personen, gebeurtenissen, of tijdsdelen niet goed zal hebben.
Zoals ik ook sommige mensen of momenten vergeten ben, soms komen die herinneringen en namen weer bovendrijven.

Een tijd die niet altijd bol stond van goede, mooie of fijne momenten.
Er waren er genoeg dat ik weleens dacht: waar ben ik aan begonnen?
Als je op je knieën op de plaat zit en je groen en geel ziet van zeeziekte.
Uren bezig was om iets weer draaiende te krijgen.

Het was gewoon je ’thuis’.

 

Lange uren maakte in belang van schip en sleep.
Het scheepje op gang te houden door op de vreemdste uren reparaties te doen.
Zelfs eenzaamheid te ondervinden op de zeeën die je bevaart, ondanks dat je met ‘lotgenoten’ in het zelfde schuitje zat.
Collega’s die je ontvallen door hun werk.

Bovenal waren er ook de vriendschappen aan boord, al waren ze maar tijdelijk.
Het volgende schip gaf weer nieuwe.
Je was één bemanning, je had elkaar nodig, je leefde voor elkaar.

Een bemanning die toentertijd bestond uit Nederlanders.
Het is ondoenlijk om tijdens vliegend stormweer bij het vastmaken eerst de vertaling te zoeken van een order.
De opvarenden van een zeesleper waren op elkaar ingespeeld en daar hoorde geen ‘buitenlands’ tussen.

Er was nog kameraadschap, de schepen waren de bindende factor.
Dat is wat ik aan de wal gemist heb.
Stoppen met varen, weer een sociaal leven hebben met je gezin en omgeving, maar veel individueler.

Het leven op zee heeft mij verrijkt, niet alleen met verre oorden, maar ook geestelijk.
Je leert jezelf kennen.
Ik ben niet ‘kerkelijk’, maar deze woorden waren treffend:

“hij die wil leren bidden, moet naar zee gaan”

Op zee ben ik nooit bang geweest, het schip was mijn thuis.
Ze heeft mij al die tijd beschermd.

Bureau Wijsmuller was goed voor zijn mensen, het was één grote familie.

Mannen die voor het bedrijf stonden en er voor wilden werken.
Zowel op de schepen als op de wal, die saamhorigheid is altijd kenmerkend geweest.
Gemopperd werd er altijd, op alles en iedereen.
Het was een goed leven geweest voor mij op zee.

R. Visman 2023.

 

 

Als kind droomde ik daar van.
Wat wist ik nog als kind?

 

 

Comments

  1. Rob, schitterend stuk van je leven, mooi beschreven, mijn complimenten!!

  2. Margery Holmes says

    Dear Rob,
    I have just found your e-mail and was delighted to read the ‘English version’ of your memoires and have sent it onto Graham, who will also be interested to read it but more than that, he will be able to relate to it. The piece you wrote ‘I belong to no church but these words are true, anyone who wants to know the meaning of prayer, should go to sea’, very moving. This is so true and so profound and it brought tears to my eyes. People who come home from work every day and sleep in their own bed each night, can’t appreciate the dangers of life at sea. There is no back door to escape from if the worst happens. The most astonishing question I have been asked was, ‘does Graham only go to sea in the summer?’ Sure, the sky was always blue and the sun was always shining and the sea was always calm.
    I can see however, that in spite of the difficulties and the dangers and the lonliness of your job, you look back on your life at sea with affection, for the experience, the cameraderie with your colleagues and the feeling of ‘family’ with the company.
    Thank you for taking the time to translate your writing, I appreciate it very much. It is frustrating not to be able to understand or communicate completely but it can sometimes be overcome. When we were in France last month, staying with our French friends, Graham spoke in English to Robert and Robert spoke to Graham in French and they understood each other very well, because they discussed cars, engines, farming, tractors, etc., so there were similar words in both languages and I think a glass or two of red wine helped too!!
    Thank you again.
    with best wishes
    Margery.

  3. Theo van de Berg says

    Ik herken me erin.

  4. Robert Powell says

    Mr Visman,

    I have just read your memoir and I want to thank you, sir, for writing it. You wrote plainly, yet eloquently, of an industry (ocean towage and salvage) and company (“family” Wijsmuller) that I love during an era that I happen to share with you. But what touched me beyond your knowledge of the subject matter and your good memory (I envy that and wish mine was even half as good as yours!) was your willingness to speak from your heart of the sea, the ships working on it, and the sea farers who gripe about their work, who fear the anger and caprice of the sea, and yet are drawn to it and come to love it. Truly, the Song of the Sirens.

    As personal a story as it is, I felt your sensitive narrative was written specifically for me: it is as if we were sitting beside each other with a beer, exchanging stories of what, over the years, we’ve done or seen or heard our colleagues do.

    I must go now, but let me say again, sir, “thank you” for recalling, respecting and sharing your experiences with me and many many others.

    I wish you fair winds and following seas.

  5. Hans Hoefs says

    Beste Rob,
    Dank je wel dat je het hebt geschreven inclusief de foto s; heel erg herkenbaar want op alle schepen die je hebt gepost, heb ik gevaren.
    Sterker nog zelfs nu nog ik vaar af en toe nog steeds op de dérde generatie Titan, de twééde generatie Typhoon en Tempest (Svitzer).
    Begonnen in 1977 als bakszeun op de Noord Holland (reisduur 6 maanden) en thans senior-kappie.

    “ik zeg het meester,,,, en ik zeg het nogeens ,,,,,, gang is alles “.

Geef een reactie