…Voor een zeesleper uit een haven vertrok, kreeg deze eerst de ‘victualiën’ aan boord.
Iedereen aan boord hielp mee deze zo snel mogelijk gestouwd te krijgen.
Het bier werd meestal in de ‘munitieruimte’ opgeslagen.
Over het algemeen was het Heineken bier in kartonnen dozen met daarin die typische flesjes met korte hals.
Mochten er mensen zijn die de vaarroutes willen bestuderen, men hoeft slecht over de bodem te lopen.
Gewoon de groene flesjes volgen, volgens mij moeten er daar ontelbare beneden liggen.
De dozen waren stevig en werden vaak als zitmeubel gebruikt.
Lekker makkelijk als er bier rondgedeeld moest worden.
Een doos bier was vaak inzet bij een kaartwedstrijd.
De flesjes voor de winnaar, de lege doos voor de verliezer.
In de koelkast stond vaak een ruildoos, zodat je altijd een koud biertje had als je van wacht kwam.
Op het ene schip werkte dat, op andere ontbraken er wel eens flesjes.
Watermaker
Op de ‘Gelderland’ was dat een tijdje niet zo erg, daar was je fles drinkwater veel belangrijker.
De zoetwatermaker was kapot en het kleine beetje wat het nog kon produceren werd in alle mogelijke flessen opgevangen.
Met grote letters erop: afblijven en de naam van de eigenaar.
In de drinkwatertanks zelf zat brak water.
Daarmee moest je de was doen, je douchen en ook alle schoonmaak werkzaamheden.
Voordeel, de kok hoefde geen zout op de aardappels te doen.
Zelfs de motoren werden gekoeld met zoutwater door dat probleem.
Bier
Bier was belangrijk aan boord van een schip, hoe moest je anders een doopfeest vieren.
Neptunus houdt van schuim.
Sommige opvarenden waren wel drie keer jarig op een reis.
Iedere week je doos bier, een ware traktatie.
Geef een reactie